Herbergen op de Hoogstraat

Als we het woord 'herberg' horen, denken we misschien spontaan aan drinkgelagen en vechtpartijen. Er speelden zich natuurlijk ook andere zaken af. Zo bood de herberg een veilig onderkomen voor vreemdelingen, vergaderde de vroedschap er soms en kwamen de Vlaardingse reders in de gelagkamer bij elkaar om hun zaken te regelen.

Hotel-café-restaurant De Hollandsche Tuin aan de Hoogstraat rond 1920. Collectie Stadsarchief Vlaardingen, T228-429-1.

De associatie met drank en geweld is echter niet zo vreemd. Áls we iets over een herberg in de archieven tegenkomen, heeft dat vaak betrekking op een justitiële kwestie. Met in de meeste gevallen als oorzaak overmatige alcoholconsumptie die uitmondt in een stevige vechtpartij… Dit waren echter incidenten en zeker geen gewoonte.
De belangrijkste activiteiten vormden de overnachtingen, de bereiding van maaltijden voor de gasten en de zakelijke en sociale samenkomsten. Hierbij moeten we denken aan de verdeling van erfenissen, het afsluiten van handelscontracten, het houden van verkopingen, maar ook het bij elkaar komen na een begrafenis om naar gewoonte ‘een ton bier te helpen drinken’.

Van een aantal herbergen in de buurt van de Hoogstraat is niets of heel weinig bekend. Zo duiken de namen van ‘Het Zwaantje’, ‘Het Witte Paard’, ‘Het Scheepje’ en ‘Het Hoekerschip’ op in oude bronnen. Al deze zaken stonden ooit in de buurt van de sluizen. Over andere herbergen die aan de Hoogstraat gevestigd waren, is meer te vertellen.

‘De Hollandsche Tuyn’

De Hollandsche Tuin op de hoek van de Hoogstraat - Brede Havenstraat in 1925. Collectie Stadsarchief Vlaardingen, T228-430-2.

De eerste herberg treffen we aan in het begin van de Hoogstraat, aan de oostzijde, op de zuidelijke hoek van de Brede Havenstraat. Van het pand met de naam ‘De Hollandsche Tuyn’ is voor het eerst sprake in het jaar 1598. Als herberg voor het eerst in 1724. Bij de herberg hoorde een huis, erf en wagenschuur. Uit een transportakte uit 1791 blijkt dat bij deze koop onder meer een biljart was inbegrepen.

Interieurfoto van de Hollandsche Tuyn. Collectie Stadsarchief Vlaardingen, T228-429-2.

Een boedelinventaris uit 1803 geeft ons een idee van de indeling van deze herberg. Op de begane grond van het twee verdiepingen (plus een zolder) tellende pand waren vier vertrekken: het ‘voorhuis’ (ontvangstkamer), het ‘spintje’ (een soort bergkamer annex bijkeuken), de ‘gelagkamer’ (waarin een biljart stond), de ‘agterkamer’ (privévertrek), en een ‘kookkeuken’ met doofpot en een plaatsje. Vlakbij de keuken lagen de stal en de wagenschuur. De bovenvoorkamer, vermoedelijk een opkamer, was ingericht voor het houden van veilingen en vergaderingen. Hieronder lag een kelder, bestemd voor onder meer de wijnvoorraad. Boven waren drie vertrekken. De grote zolder die over het hele pand liep, was ingedeeld in vier ruimten.

Personeel en gasten in de Hollandsche Tuyn. Collectie Stadsarchief Vlaardingen, T228-536-1.

In 1861 bestond de herberg uit een ‘logement, uitspanning, stalhouderij met paardenstalling, koetshuis en erf’. Als laatste, vanaf 1928, was het in handen van F.A. van der Knaap. In 1947 verwoestte een grote brand het pand. Op dat moment was warenhuis KOFA van de firma Hofstee er al in gevestigd.

‘De Gouden Leeuw’

Schuin aan de overkant, ongeveer tegenover de Vrouwensteeg, zat herberg ‘De Gouden Leeuw’. Deze zaak wordt voor het eerst genoemd in 1667. Uit gerechtelijke stukken blijkt dat hier flink wat schermutselingen plaats hebben gevonden. Als laatste teken van het bestaan van deze herberg vinden we een transportakte van 21 juni 1751. Daarin wordt ene Lambregt van Berkel eigenaar van ‘7/8ste deel van een ½ huis met erf, genaamd De Gouden Leeuw’.

Een deel van het uithangbord van 'De Gouden Leeuw'. Collectie Stadsarchief Vlaardingen.

De herberg is verdwenen, maar de naam leeft nog steeds voort. Aan het Emaus staat een café met dezelfde naam.

‘De Pynas’

Tussen de Vrouwensteeg en de Brede Havenstraat lag herberg ‘De Pynas’. Deze herberg was genoemd naar een scheepstype, dat ‘schip van pijnboomhout’ betekent. Het eerste teken van bestaan dateert van 1615. In 1616 koopt de toenmalige waard van ‘De Pynas’, de Vlaardingse poorter Aryen Jansz., het pand voor 2000 gulden. Als Aryen Jansz. Pynas doet hij in 1631 de zaak weer van de hand. In 1684 gaat de herberg als ‘De Vergulde Pynas’ over in handen van Dirck Jansz. Verbrugge. Dit was mogelijk de herbergier van de tegenoverliggende Gouden Leeuw die zo probeerde de concurrentie uit te schakelen. Als herberg komt de naam ‘De Pynas’ daarna niet meer voor. Het pand behoudt echter tot 1737 wel dezelfde naam.

Bronnen

  • F. W. Assenberg, 1990: Herbergen in Vlaardingen en Vlaardinger-Ambacht.
  • M. A. Struijs: Herbergen, artikel nr. 57.
  • C. Laan, 2003: Drank & Drinkgerei. Een archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek naar de alledaagse drinkcultuur van de 18de-eeuwse Hollanders, Amsterdam.